Deze variabele geeft aan of de patiënt al dan niet werd toegekend aan de huisartsenpraktijk. Deze praktijk wordt beschouwd als de ‘gebruikelijke’ huisartsenpraktijk van deze patiënt.
OpmerkingenIedere patiënt wordt in deze databank toegekend aan een artsenpraktijk op basis van een algoritme. De toekening gebeurt op het niveau van de praktijk, niet op dat van de arts. Een patiënt kan maximaal aan één praktijk toegekend worden.
Voor de toekenning van de patiënt aan een huisartsenpraktijk wordt er gekeken naar het
globaal medisch dossier (GMD) en de
reguliere contacten (dus bv. geen raadpleging tijdens een wachtdienst) bij die praktijk. De toekenning aan de praktijk gebeurt op basis van de onderstaande criteria.
Patiënten met een GMD bij een praktijk worden toegekend aan deze praktijk indien:
- het GMD geopend of verlengd werd in het huidige kalenderjaar;
- het GMD geopend of verlengd werd in de kalenderjaren -1 of -2 én er minstens één regulier contact plaatsvond bij deze praktijk;
- het GMD-recht geopend werd in de kalenderjaren -1 of -2 én er geen enkel regulier contact plaatsvond (bij deze of een andere praktijk).
Indien aan geen van deze voorwaarden wordt voldaan, wordt de patiënt toegekend aan de praktijk waarbij hij of zij de meeste contacten had. Om te vermijden dat patiënten per toeval worden toegewezen aan een huisarts van wacht worden enkel contacten binnen ‘de reguliere contacturen’ geteld. Indien meerdere praktijken evenveel reguliere contacten telden, wordt de patiënt toegekend aan de eerst gecontacteerde praktijk van het kalenderjaar. Voor medische huizen wordt één forfait gelijkgesteld aan één regulier contact.
Indien er geen openstaande GMD-rechten zijn en er zijn geen reguliere huisartsencontacten, dan wordt de rechthebbende niet toegekend aan een praktijk.