Metadata

Var Maximaal percentage aanrekenbare ereloonsupplementen (Atlas)

Open alle tabbladen

PDF

Beschrijving

Maximum aanrekenbaar percentage ereloonsupplementen van het ziekenhuis

Meer

Maximum aanrekenbaar percentage ereloonsupplementen van het ziekenhuis

Codering
%

Opmerkingen

De cijfers hebben betrekking op alle bestaande ziekenhuizen voor de betrokken jaren. Dit zijn zowel algemene ziekenhuizen als universitaire ziekenhuizen. Andere instellingen komen niet voor in de statistieken. Informatie over fusies van ziekenhuizen is beschikbaar op de IMA Atlas onder ‘Extra informatie’.
De cijfers per geografische entiteit zijn gebaseerd op het adres dat verbonden is aan het erkenningsnummer van het ziekenhuis. Een ziekenhuis kan één enkel erkenningsnummer hebben maar meerdere campussen. In dat geval worden de gegevens geaggregeerd weergegeven op de hoofdcampus.
Het kan ook zijn dat de campussen in het verleden een eigen erkenningsnummer hadden. Dan zullen ze - zolang de fusie niet officieel is - hun eigen maxima hanteren. Vanaf de datum van fusie worden in principe de maxima van het gefuseerde-ziekenhuis gehanteerd als opperste limiet. Hierbij dient benadrukt te worden dat niet alle specialisaties, diensten en campussen ook daadwerkelijk tot aan deze opperste limiet factureren. Via de betrokken ziekenhuiskoepels is er in november 2018 een inhoudelijke validatie gebeurd op de doorgestuurde limieten op supplementen.
Tot 2021 waren de cijfers gebaseerd op de informatie die de ziekenhuizen doorsturen naar het RIZIV via de overeenkomstencommissie. Deze informatie omvat niet noodzakelijkerwijs alle differentiaties toegepast sommige ziekenhuizen. De toegestane limieten moeten om rechtsgeldig te zijn altijd worden gecommuniceerd naar de patiënt via de opnameverklaring van het ziekenhuis.
Vanaf 2022 is het maximumpercentage gebaseerd op de percentages van de ereloonsupplementen die effectief gefactureerd worden. Voor bepaalde ziekenhuizen verschilt dit percentage met hetgeen dat gecommuniceerd wordt aan het RIZIV.
De volgende instellingen wilden graag specifiëren dat alhoewel er één globaal maximum was, er zeker ook per sub-domein andere maxima worden gehanteerd die lager liggen dan het globale maximum per ziekenhuis. Voor prestatiejaar 2017 waren dit de volgende ziekenhuizen en specialiteiten en of type artsen.

RIZIV-nummer	Ziekenhuis	Limieten	Jaartal geldigheid
71040	AZ St Lucas [Brugge]	300% voor niet geconventioneerde artsen, 100% voor geconventioneerde artsen	2017
710670	UZ Gent [Gent]	300% voor plastische en robotchirurgie, 200% voor anesthesie en orthopedie, 125% voor de rest	2017
710026	AZ Sint-Maarten [Mechelen]	173% voor de luxekamer in de kraamafdeling, 135% voor de andere eenpersoonskamers	2017
710110	Kliniek Sint-Jan [Brussel]	300% voor de luxekamer, 200% voor de andere eenpersoonskamers	2017
710409	Clinique Notre-Dame de Grâce [Gosselies]	300% voor de luxekamer, 250% voor de andere eenpersoonskamers	2017

Omwille van de werkdruk werden er geen cijfers aangemaakt voor het prestatiejaar 2016.
Sinds 2017 publiceert het IMA ieder jaar een analyse (de ‘Inventaris van aan patiënten gefactureerde ziekenhuiskosten’) van de aan patiënten gefactureerde bedragen voor een ziekenhuisverblijf, met een bijzondere aandacht voor de ereloonsupplementen die een groot deel van dit bedrag uitmaken. Deze zijn terug te vinden op website van het IMA.
Meer informatie en context bij de cijfers vindt u terug in het Atlas Kerncijfer omtrent ereloonsupplementen bij verblijven in algemene ziekenhuizen.

Frequentie en timing van update: jaarlijks in Q4 worden de statistieken van kalenderjaar -1 toegevoegd.

Kleinst beschikbare geografische niveau: ziekenhuis (op basis van het erkenningsnummer)

Berekeningswijze

Tot 2021 werd dit bepaald aan de hand van het percentage dat het ziekenhuis vermeld in de opnameverklaring op 1 januari van het betrokken jaar. Indien het ziekenhuis meerdere maxima voorziet al naargelang de situatie (in functie van de campus, het type verblijf, de dienst, de verstrekker…), wordt het hoogst toepasbaar percentage op vergoedbare prestaties weerhouden (zonder rekening te houden met het percentage toepasbaar op esthetische verstrekkingen).
Vanaf 2022: het 99ste percentiel van de hoogste ereloonsupplementen per terugbetaalbaar medisch ereloon (ZIV-bedrag + remgeld) waarvoor een ereloonsupplement is aangerekend bij een ziekenhuisopname in het kalenderjaar.

Minder

Beschikbaar

2015

Aanbevolen referentie

IMA_AIM (19/09/2025), stat_021_001, Atlas IMA_AIM (accessed on 19/11/2025)

Metadata laatst bijgewerkt

19/09/2025

Code

stat_021_001

Bronvariabelen

Verwante variabelen

Trefwoorden

De Metadata werden met zorg voor u samengesteld maar kunnen onduidelijkheden of vergissingen bevatten.
Als u opmerkingen heeft horen we deze graag via Uw opmerking.

METADATA

Var Maximaal percentage aanrekenbare ereloonsupplementen (Atlas)